Het licht op hun gezicht

Ik las pas weer eens in dat mooie boekje met bijbelstudies van Lesslie Newbigin (1909-1998): Zending in het voetspoor van Christus (Merweboek, 1989). Newbigin behandelt in dat boekje de verschillende ‘zendingsopdrachten’ in de evangeliën.

Naar aanleiding van de opdracht in Handelingen 1:8 vertelt hij dit verhaal waarin duidelijk wordt dat zending vooral met ontvangen te maken heeft. Wij zijn vaak bezig met plannen, strategieën en activiteiten, maar Newbigin wijst terecht op de Geest die ons de gelegenheid geeft Zijn werk te voltooien.lesslie-newbigin

Newbigin: “Als we voor ons pastorale werk naar een ver dorp moeten, proberen we vroeg in de ochtend op stap te gaan, zodat we niet op het heetst van de dag hoeven te lopen. En soms gebeurt het, dat we weggaan, als het nog pikdonker is. Misschien gaan we in westelijke richting, zodat er geen licht aan de lucht en alles donker is. Maar onderweg ontmoeten we een groep mensen die de andere kant opgaan. Over hun gezicht ligt een vage lichtglans. Als we stoppen en hun vragen: ‘Waar komt dat licht vandaan?’  zullen ze ons slechts vragen om te keren [-] en naar het oosten te kijken. [-] Ze bezaten dat licht niet: het werd hun gegeven. De kerk is die groep mensen, die een andere kant dan de meerderheid opgaat. Ze kijken niet van het leven naar de dood, maar van de dood naar het leven en ze ontvangen reeds de eerste gloed van het licht van de nieuwe dag. Het is dat licht, dat het getuigenis is”.