In een kringloopwinkel heb ik voor 80 eurocent (!) de mémoires van de missioloog Johannes Verkuyl (1908-2001) op de kop getikt: Gedenken en verwachten, Uitg. Kok, 1983. Boeiend! Hierbij een citaat. Verkuyl vertelt over zijn tijd in de ‘jappenkampen’ in het toenmalige Nederlands Indië: “In die jaren heb ik geleerd dat het meest onmenselijke wat je een mens kunt aandoen is hem of haar het Evangelie te onthouden in de existentiële crises van zijn of haar leven” (pag. 122).
In het laatste hoofdstuk formuleert Verkuyl een ‘hoofdsom’, een ‘summa’. Een heel aantal van deze punten zijn nog steeds relevant. Ik geef zijn acht punten kort weer:
1. De vier aspecten van de communicatie van het Koninkrijk Gods (proclamatie, diakonia, gemeenschap en bevordering van gerechtigheid) hangen onlosmakelijk met elkaar samen.
2. Bij het verspringen van de prioriteiten in de communicatie van het Evangelie mag de verbinding met de totaliteit van het Evangelie niet verbroken worden.
3. Bij de communicatie van het Evangelie is veel aandacht nodig voor het netwerk van relaties van degene die je wilt bereiken.
4. Het beoefenen van oprechte vriendschap is het diepste medium in de communicatie van het Evangelie.
5. In het missionaire werk is de samenwerking van mannen en vrouwen en het getuigenis van vrouwen met daad en woord onmisbaar.
6. In missionair werk is teamwork (mensen die elkaar aanvullen in bekwaamheid) van groot belang.
7. In missionair werk mag het leiden van mensen tot de belijdende gemeente niet verwaarloosd worden.
8. De communicatoren van het Evangelie mogen niet vergeten zelf te eten van het brood dat ze aanwijzen en helpen uitdelen.